Worteltrekken
Introductie
Vaak moeten we dingen doen die moeilijk te programmeren zijn. we zouden ons eigen programma kunnen maken, maar gelukkig bieden de meeste programmeertalen ons een toolbox. Zo'n toolbox heet een 'library' (bibliotheek). Soms is dat een vast onderdeel van de taal, en soms moeten we ze 'importeren' met een speciale opdracht. De vaste onderdelen heten ingebouwde functies. Een ingebouwde functie kan overal in het programma gebruikt worden.
Worteltrekken is zo'n ingebouwde functie in BASIC. We kunnen deze berekening maten met de opdracht 'SQR'. Voor wie het niet meer weet, de wortel is het omgekeerde van het kwadraat. Dus als 4*4=16, dan is de wortel van 16 gelijk aan 4.
Voorbeelden
SQ25 = SQR(25) ' antwoord: 5 SQ36 = SQR(36) ' antwoord: 6PRINT SQR(64) ' antwoord: 8
Opdracht
- Zet de waarde van een bekend kwadraat (bijv. 25 of 36) in een variabele
- Bereken de wortel en zet deze in een andere variabele
- Print de uitkomst van de berekening
Pas op met
- De volgorde van de regels code
- Haakjes
- Kleine/grote letters (SQR moet met hoofdletter)
NB: Repl kent SQR helaas (nog) niet, dus hebben we de regels bovenin de opdracht nodig. Verwijde deze regels niet. Als je een andere versie van BASIC gebruikt heb je ze niet nodig.
Verwacht resultaat
Bij input 36
6
Test je programma met diverse getallen
Veelgemaakte fouten
- geen hoofdletter voor de functienaam
- haakjes verkeerd zetten
Bronnen
(Er zijn nog geen discussies in dit forum)